maandag 9 juni 2008

DC networking

Na een week van weerbericht-trivia, was het zaterdag terug naar de harde realiteit van DC : ambassade-feestje ten gelegenheid van het staatsbezoek van de Belgische minister van Defensie Pieter De Crem aan zijn Amerikaanse collega Robert Gates.

Dergelijke feestjes vinden plaats op de residentie van onze Ambassadeur, en niet op de ambassade zelf, wat een serieuze meevaller is. De residentie is immers veel mooier en beter gelegen dan de ambassade en is zelfs recentelijk gerenoveerd.

De vorige keer dat we waren uitgenodigd op de residentie was op 15 november, ter gelegenheid van “Kings Day”, of beter bekend als de Dag van de Dynastie. Bij het parkeren had een dienstdoende politie-agent ons toen al in de gaten: "Are you going to Belgium?" ... Heum ... “yes, we are going to Belgium" en daar waren we dan. We werden aan de deur begroet door Dominique zelf - sorry, op dat moment was het nog meneer den Ambassadeur. Een plezant klapke gedaan, al kon meneer den Ambassadeur toch niet zo goed lachen met de “goedbedoelde” grap van Marc: "we zijn dit jaar maar gekomen want het kan goed de laatste keer zijn".

Ook deze keer was er een ontvangstcomite: niet de politieagent die ons de weg wees naar eigen land, maar wel 2 congolezen die ongenodigde gasten moesten tegenhouden op de parking. Het deed allemaal een beetje koloniaal aan.

We werden verwelkomd door mijnheer de Ambassadeur en Minister de Crem. Weer een plezant klapke gedaan. Blijkt dat onze Ambassadeur binnenkort van “stelplaats” (sic) verandert, hij gaat naar den Congo voor een paar jaar (Waren die 2 snoeshanen op de parking misschien zijn nieuwe lijfwacht?). Wij vinden dat natuurlijk reuze jammer, zo een goeie Ambassadeur (en speecher) hadden we nog niet gehad.

Over naar de belangrijkere zaken op een feestje: den toog. De biertoog was deze keer beter uitgerust dan op Kings Day: Leffe, Duvel, Kriek, Stella, Jupiler, Hoegaarden... ze hadden de grote middelen bovengehaald. De vorige keer was er enkel Bel-pils en Hoegaarden... toen vreesden we dat de renovatie meer had gekost dan begroot ... onze vrees bleek ongegrond.

Op de receptie werden Isabelle en ik aangesproken door 2 duistere figuren met een hoog Love Boat gehalte. Bleek dat het 2 fransen waren die al 15 jaar in Belgie wonen en die hun debut in de televisiewereld willen maken. Ze nemen in de States een nieuw tv programma op, een beetje in de stijl van Fata Morgana: “Belgian Dinner”. De pilot werd hier in DC opgenomen en ze waren dringend op zoek naar 100 mensen om zondagavond mee te doen. Blondjes zoals Isa en ik waren natuurlijk meer den welgekomen ;o)
We hebben voor de camera een paar woordjes geplaceerd, maar toen we hadden begrepen dat de tv-rechten nog moeten worden verkocht (en het dus zelfs misschien de tv niet eens haalt) – hebben we toch maar besloten om onze zondagavond op een andere manier in te vullen.

Het feestje duurde maar anderhalf uur, maar t was heel gezellig. Zelfs Marc vond het leuk, ondanks alle fotos van Filip en Mathilde overal op de buffetkasten.

Geen opmerkingen: